Goudbuikmangabeys zijn apen. Aapdeskundigen delen deze soort in de steeds kleiner wordende groepen van ‘hogere apen’, ‘apen van de Oude Wereld’, ‘hondapen’ en ‘mangabeys’ in. Mangabeys zijn nauw verwant aan bavianen en mandrils. Binnen Burgers’ Zoo zijn hun nauwste verwanten de laponders ofwel varkensstaartmakaken in de Rimba. Net als de makaken hebben goudbuikmangabeys wangzakken om voedsel snel in op te kunnen bergen. En bij beide apengroepen hebben de vrouwtjes tijdens de vruchtbare periode een opgezwollen roze achterste.
Goudbuikmangabeys hebben een vrij donker gezicht, maar heel lichte oogleden. Als ze hun wenkbrauwen vlug optrekken, vallen de witte vlekken boven hun ogen heel sterk op. Deze gezichtsuitdrukking is een teken van lichte irritatie. In combinatie met getuite lippen zijn opgetrokken wenkbrauwen echter een serieuze dreiging!
Na een dracht van een half jaar wordt telkens één jong geboren. Aan het begin kan een pasgeboren jong niet veel meer dan zich met handen en voeten aan de vacht van zijn moeder vasthouden. Jonge goudbuikmangabeys hebben maandenlang nodig om alles te leren wat ze als aap moeten weten. Vanaf een leeftijd van ongeveer vier jaar zijn ze volwassen.
In een groep goudbuikmangabeys leven meestal meerdere volwassen mannetjes en meerdere vrouwtjes. Tussen de mannetjes onderling is er behoorlijk competitie om rang en status. Desondanks is het voor de hele groep wel prettig als er meerdere mannetjes in een groep zijn. De mannetjes zijn namelijk wat meer alert op mogelijk gevaar. Ze waarschuwen in het geval dat een bedreiging opduikt met een harde kreet. Ook houden ze met hun waarschuwingsroepen andere mangabeygroepen op afstand en stellen zo het leefgebied veilig.
Het verspreidingsgebied van goudbuikmangabeys is naar verhouding klein: minder dan twee keer zo groot als Nederland. Ze komen slechts in één enkel land voor: in de Democratische Republiek Congo. Er zijn nog maar weinig veldstudies naar het leven en de aantallen van deze apensoort gedaan. Daarom gelden goudbuikmangabeys officieel nog niet als bedreigd, ook al slinken hun regenwouden en worden ze bejaagd.
Pas sinds 2014 leeft deze mooie apensoort in Burgers’ Zoo. Binnen dierentuinen zijn ze een bijzonderheid: in Europa zijn er minder dan 30 dieren van. Samen met de enkele dierentuinen in Amerika die goudbuikmangabeys huisvesten, werken de Europese dierentuinen hard aan een fokprogramma om een duurzame populatie op te bouwen. In 2017 is het eerste jong van deze soort in ons park geboren, een mooi succes.
De goudbuikmangabeys delen hun buitenverblijf met de gorilla’s. Samen bewonen ze een ruim eiland. De mangabeys houden zich daarbij vooral in de bomen op. Soms komen ze op de grond om met de gorilla’s te buurten. De gorilla’s op hun beurt kunnen de levende bomen niet in klimmen en daardoor hebben de kleinere mangabeys altijd de kans om zich terug te trekken. Het samenleven verloopt prima; zo heeft in 2018 ook een gedragsstudie gedocumenteerd. Vooral de jongere dieren van beide soorten tonen veel interesse in elkaar. Soms wordt zelfs met elkaar gespeeld of vlooit een mangabey een jonge gorilla. Wel hebben beide soorten twee aparte binnenverblijven voor de nacht en de winter. De mangabeys zijn dan voor het publiek niet te zien.