Burgers’ Zoo staat bekend om zijn ecodisplays: natuurgebieden waar dieren vaak in grote vrijheid leven temidden van duizenden planten en die bezoekers zo’n habitat van dichtbij laten beleven. Een ecodisplay probeert daarbij een specifiek ecosysteem zo natuurgetrouw na te bootsen. Maar wat houdt dit nu concreet in de praktijk in? Wat zijn bijzondere kenmerken van zo’n ecodisplay? En over wat voor zaken hebben de biologen en ontwerpers allemaal nagedacht? Voor wat voor uitdagingen zien zij zich gesteld? In deze serie proberen we aan de hand van enkele praktische voorbeelden het bijzondere karakter van elk ecodisplay te schetsen. In deze aflevering: de Rimba.
In de Rimba maakt de bezoeker kennis met diverse grotere diersoorten uit Zuidoost-Azië. De naam ‘Rimba’ betekent in het Maleis ‘jungle’. Dit begrip is zelfs in de Nederlandse taal overgenomen: wij weten allemaal precies wat er met een ‘rimboe’ bedoeld wordt! Deze dieren zouden qua biotoop prima in de Bush kunnen passen, ware het niet dat ze over grote, afgesloten verblijven zouden moeten beschikken omdat ze om diverse redenen niet losgelaten zouden kunnen worden in de Bush. Sumatraanse tijgers en Maleise beren zouden ronduit gevaarlijk zijn voor de bezoekers en veel dierlijke medebewoners, terwijl ook de apensoorten, herten en runderen veel schade aan de beplanting zouden aanbrengen. Daarnaast roven diverse apensoorten graag eieren uit nesten en zou de techniek in de hal behoorlijk lijden onder hun onderzoekende en vindingrijke gedrag. En zo zijn er nog diverse andere redenen die deze grotere diersoorten niet geschikt voor de Bush maken.
Qua keuze van de collectie hebben de biologen vooral gekeken naar bedreigde diersoorten. Helaas zijn in Zuidoost-Azië bijzonder veel soorten in de verdringing geraakt door overbejaging en habitatverlies. Daarom zijn er voor veel diersoorten uit die regio broodnodige populatiemanagementprogramma’s opgericht. Dat geldt ook voor diersoorten die op het eerste gezicht misschien niet de grootste publiekstrekkers zijn, zoals lierherten en zwijnsherten. Voor hen worden in dierenparken altijd plekken gezocht om de nodige veilige reservepopulatie te vergroten. We bieden die ruimte graag en dragen zo een steentje bij aan het behouden van bedreigde soorten. Ook op educatief gebied staat in de Rimba het thema bedreigde dieren centraal, wat de oplettende bezoekers aan de informatieborden vast opmerken.
De Rimba bevindt zich voor een groot deel in de openlucht. In uitgestrekte dierverblijven combineren we in een aantal gevallen verschillende diersoorten samen in één verblijf. Een geslaagd voorbeeld daarvan is het verblijf waarin laponders, siamangs, lierherten, zwijnsherten, muntjaks en bantengs gezamenlijk leven. We hebben her en der wat kleine handigheidjes toegepast, zodat de siamangs en de laponders bijvoorbeeld niet bij elkaar kunnen komen, al lijkt dit op het oog wel zo te zijn. En zo zijn de voerplekken van enerzijds de groente-eters en anderzijds de graseters op handige wijze van elkaar gescheiden. Want dieren die van nature gras eten, lusten vaak diverse groentes ook graag, alleen zijn die minder geschikt voor hun aangepaste verteringstelsel. Ook de Maleise beren en binturongs waren lange tijd samen in hun verblijf te bewonderen. Toen we echter een nieuw binturongvrouwtje kregen dat telkens uit de bomen klom om toenadering te zoeken tot de beren, veranderde deze situatie. Op het moment dat de twee vrouwtjes van de Maleise beren jongen kregen, werden ze ook wat waakzamer richting de binturongs. Voorlopig zijn de beren nu overdag in het verblijf te zien en komen de hoofdzakelijk nacht- en schemering-actieve binturongs juist ’s avonds in het verblijf. Soms is het slagen van een gezamenlijke huisvesting dus ook afhankelijk van individuele dieren, of specifieke ontwikkelingen bij een bepaalde diersoort.
Bij de aanleg van de Rimba is goed gekeken naar de zichtlijnen van de bezoekers en de wijze waarop de bezoeker de dieren te zien krijgt. Op diverse punten zorgen we er bewust voor dat bezoekers elkaar niet kunnen zien om zo een intensere beleving te creëren. Kronkelende paden voeren de gasten op een ontdekkingsreis door dit gebied, waarbij ook handig gepositioneerde beplanting dieren en andere mensen uit het zicht houden. Op het punt waar de hoofdroute een grot induikt met daarin de verblijven van de watervaranen en de netpythons besparen we bovendien ruimte, aangezien deze rotsverblijven in feite onder het tijgerverblijf doorlopen. Ook zijn de binnenverblijven en de extra buitenverblijven achter de schermen bij de tijgers handig aan het zicht onttrokken. Hetzelfde geldt voor de stallen voor de hoefdieren (herten en runderen) en de loopgang daar achter de schermen. Bij de Maleise beren is niet alleen een display-binnenverblijf aangelegd waar bezoekers de dieren kunnen zien, maar bevinden zich achter de schermen ook diverse binnenverblijven buiten het zicht van de gasten. Twee van die binnenverblijven zijn bovendien voorzien van een speciaal kraamverblijf, waar de berinnen hun jongen kunnen werpen.
Hoewel alle dieren in de Rimba in dierenparken zijn geboren, zijn het van oorsprong tropische soorten die dus niet altijd even goed bestand zijn tegen onze Nederlandse winters. Verwarmde binnenverblijven bij de tijgers, beren, apen en uiteraard ook de reptielen zijn dus noodzakelijk. Het buitenverblijf van de tijgers is voorzien van grotverwarming, maar als het te koud is, blijven ze in hun verwarmde binnenverblijf of gaan ze pas later op de dag naar buiten. De beren zijn in hun verwarmde binnenverblijf te bewonderen dankzij grote ruiten en de netpythons en watervaranen hebben alleen een binnenverblijf (geen buitenverblijf). Hier zorgen speciale daglichtlampen en UV-lampen voor voldoende licht in de juiste golflengte voor deze dieren. De goudwanggibbons zijn relatief winterhard: wellicht verbazingwekkend, zo op het eerste gezicht. Het gibbongenus Nomascus kende vroeger echter een veel groter verspreidingsgebied naar het noorden, richting China. En in dat gebied kan het behoorlijk koud worden!
Qua beplanting moeten we in de Rimba natuurlijk concessies doen aan het Nederlandse klimaat. We proberen Aziatische plantensoorten te laten zien uit wat noordelijkere streken en soorten die misschien niet uit het Aziatische bos komen, maar wel tropisch aandoen. We noemen hieronder enkele illustratieve voorbeelden van creatieve plantenkeuzes om de juiste sfeer in de Rimba te creëren; er zijn er uiteraard nog veel meer toegepast. Typerend voor Azië is bijvoorbeeld de bamboe (Bambus japonica). Bij de ingang van het gebied zie je daarnaast rechts, nog voor het berenverblijf, de pindakaasboom ofwel kansenboom uit China
(Chlerodendron trichotomum). Hij is familie van de pagodebloem uit de Bush en de enige Nederlandse winters overlevende vertegenwoordiger van zijn geslacht. De bladeren van de boom ruiken bij aanraking naar pindakaas.
Tegenover de hertenwei zijn recent haaklelies aangeplant (Crinum sp), deze zijn familie van de amaryllis en van oorsprong Afrikaans. In dit stukje vind je ook de blaasjesboom (Koelreuteria paniculata) uit China, Japan en Korea. Deze plant is met zijn gele trossen bloemen in de zomer en daarna zijn lampionachtige vruchten een opvallende verschijning. Op veel plekken in de Rimba groeien Chinese trompetbomen (Catalpa fargesii) die in de zomer opvallend bloeien en sterk geuren. Tussen de twee borden over de Rode Lijst in, groeit de Japanse Kornoelje (Cornus kousa). In juni verschijnen op deze heester bloemen die vooral opvallen door hun vier witte schutbladeren; en dus een soort ‘schijnbloemen’ zijn. De rode vruchten die in de herfst verschijnen, zijn eetbaar, al is de schil bitter. Het natuurlijke verspreidingsgebied van deze plant is Korea, China en Japan.
Bambus japonica
We hebben dus met allerlei zaken rekening gehouden bij het ontwerp en de aanleg van het ecodisplay Rimba om de bezoekers zoveel mogelijk mee te nemen op een kleurrijk avontuur dat hen langs charismatische grotere diersoorten uit Zuidoost-Azië voert.
Donderdag 14 november om 08.30 uur stuiten de drie Maleise beren van Koninklijke Burgers’ Zoo op een…
6 dagen geleden
Bij het ontwerp van een modern dierverblijf wordt eerst heel goed gekeken naar het natuurlijke gedra…
15 april 2022
Vrijdag 19 november om 9.00 uur verrast een reusachtige pompoen met een gewicht van 635,5 kilo en ee…
19 november 2021