Kopenhagen Zoo in Denemarken heeft op zondag 9 februari 2014 een gezond giraffenmannetje van 18 maanden geëuthanaseerd. De dierentuin heeft deze beslissing van tevoren aan de media kenbaar gemaakt, bezoekers om educatieve redenen uitgenodigd om bij de sectie van de giraffe aanwezig te zijn en vlees van de giraffe aan de leeuwen gevoerd.
Kopenhagen Zoo motiveert het besluit tot euthanaseren met de argumenten dat er na een uitgebreide zoektocht geen EAZA-dierentuin (dus een dierenpark dat aangesloten is bij de Europese Vereniging van Dierentuinen) is gevonden voor het giraffenmannetje waar het dierenwelzijn gewaarborgd kon worden. Bovendien was het mannetje ook nog eens genetisch oververtegenwoordigd in de Europese populatie. Om inteelt te voorkomen, hebben zij het dier uiteindelijk geëuthanaseerd.
Deze gebeurtenis heeft internationaal veel media-aandacht gekregen. Hieronder een uitgebreide toelichting over onze filosofie met betrekking tot dit onderwerp.
Jaarlijks worden er honderden dieren geboren in Burgers’ Zoo. Dat draagt een steentje bij aan het voortbestaan van de (bedreigde) diersoorten. Het krijgen van nageslacht komt verder het welzijn van onze dieren ten goede en is natuurlijk ook interessant voor het publiek. Maar wat gebeurt er eigenlijk met deze dieren als ze volwassen zijn? De meeste dieren zullen in de natuur hun ouders verlaten als ze geslachtsrijp zijn. Op die manier wordt op natuurlijke wijze inteelt voorkomen. Een aanzienlijk percentage van de jonge dieren behaalt de geslachtsrijpe leeftijd in het wild niet, omdat ze tot dan al ten prooi zijn gevallen aan predatoren of op een andere manier om het leven zijn gekomen. Wie wel jongvolwassen wordt, moet dus op tijd vertrekken uit de groep.. Als er in Burgers’ Zoo geen plek is voor deze dieren, zoeken we een andere dierentuin die ze in de collectie kan opnemen. We spreken dan van “surplus-dieren”.
De overgrote meerderheid van de surplus-dieren verhuist naar een andere dierentuin. Een speciale “available and wanted list” biedt uitkomst. Dit is een lijst waarop alle EAZA-dierentuinen aangeven welke dieren ze teveel hebben en welke ze juist zoeken. Bij diersoorten die deelnemen aan een Europees fokprogramma wordt het surplusprobleem centraal opgelost. De coördinator van het bewuste fokprogramma bepaalt namelijk waar welke dieren naartoe verhuizen.
Doordat dierentuinen steeds beter fokken, zijn er echter ook diersoorten waarvan er teveel jongen worden geboren. Geboortebeperking zou dan een oplossing kunnen zijn, maar daar zijn wij veelal geen voorstander van. Geboortebeperking (bijvoorbeeld door middel van medicatie) blijkt toch vaak gezondheidsproblemen te geven. Niet fokkende katoenrat-vrouwtjes krijgen bijvoorbeeld veel vaker baarmoederontstekingen waaraan ze overlijden. En sterilisatie is onomkeerbaar.
Daarnaast is het zo dat een flink aantal zoogdiersoorten van nature in een haremstructuur leeft, dus in groepen met één man met meerdere vrouwtjes. Opgroeiende mannetjes moeten bij deze soorten de geboortegroep verlaten anders ontstaan er (grote) conflicten, dat geldt ook voor dieren in dierentuinen. Doordat er evenveel vrouwtjes als mannetjes worden geboren, ontstaan er overschotten. Er worden daarom soms mannengroepen opgezet. Dat is echter niet met alle diersoorten mogelijk.
Burgers’ Zoo voert het beleid om alleen met diersoorten te fokken als we de dieren ook kwijt kunnen. Wij zijn van mening dat we onze dieren zo goed mogelijk moeten beheren en altijd ons uiterste best moeten doen om een geschikte dierentuin te vinden waarnaar onze dieren getransporteerd kunnen worden. Burgers’ Zoo vindt het zeer belangrijk dat het dierenwelzijn van onze dieren altijd in een zo hoog mogelijke mate gewaarborgd wordt. We sturen onze dieren daarom met grote voorkeur naar EAZA-dierentuinen, omdat die aan diverse eisen op het gebied van dierwelzijn moeten voldoen en omdat de dieren dan altijd in het zicht blijven van EAZA. Het is alleen in uiterste gevallen wel eens voorgekomen dat we gezonde dieren hebben moeten euthanaseren, omdat we geen geschikte andere dierentuin konden vinden waar het dierenwelzijn kon worden gegarandeerd. Burgers’ Zoo probeert zo’n situatie echter altijd te voorkomen en onderzoekt altijd eerst grondig alle andere alternatieven.
Het is belangrijk om ervan bewust te zijn dat het euthanaseren van dieren niet ‘zielig’ voor het dier is. De betreffende dieren hebben een goed leven gehad met optimale verzorging. Het leven van de dieren wordt meestal beëindigd op een leeftijd dat ze in de natuur vanzelf de groep uit zouden gaan; het moederdier blijft dus niet in een staat van paniek achter omdat haar jong er plotseling niet meer is. De doding zelf is snel en pijnloos. Kortom: euthanasie is géén dierenwelzijnskwestie! Wel is het een ethische overweging, of we het kunnen verantwoorden om gezonde dieren in te laten slapen. Bij knaagdieren zullen hier over het algemeen minder mensen problemen mee hebben dan als het bijvoorbeeld een groot zoogdier zou betreffen. Burgers’ Zoo kijkt echter altijd, onafhankelijk om welke soort het gaat, heel kritisch naar het besluit om een gezond dier te doden en zet euthanasie zeker niet lichtvaardig als populatiebeheermiddel in.
Een centaur is een paardmens uit de Griekse mythologie. Een centaur heeft voor driekwart het lichaam…
Enkele seconde geleden
Een weerwolf is een mythologisch figuur dat vooral in de Europese folklore voorkomt. Een weerwolf is…
Enkele seconde geleden
De yeti (ook wel migyur, yeren of verschrikkelijke sneeuwman genoemd) zou volgens de verhalen een re…
Enkele seconde geleden