Zuinig aan in Burgers’ Zoo

Burgers’ Zoo wil graag aandacht vragen voor de natuur en alle wonderen die zich daar aan ons presenteren. Zoals iedereen weet, gaat het met veel van die wonderen niet goed door toedoen van de mens en we willen natuurlijk graag dat iedereen een beetje meehelpt om al het moois toch te bewaren voor de toekomst. Burgers’ moet dan zelf natuurlijk wel het goede voorbeeld geven en daarom wordt er bijvoorbeeld veel aandacht besteed aan verantwoorde bouwmaterialen, energiebesparing, milieubewust omgaan met water, elektra, gas, materialen, enzovoort. Het heeft ons in 2003 en 2004 al eens de Gouden Milieubarometer opgeleverd (een prijs voor attractieparken die zich onderscheiden op het gebied van milieumaatregelen). Uiteraard wordt er in de recente nieuwbouw rond de Bush ook gezocht naar mogelijke energiebesparingen en die zijn gevonden!

Laat maar waaien

Het totale gerealiseerde bouwvolume aan de noordzijde van de Bush in de afgelopen paar jaar bedraagt 50.000 m³. Het omvat stalruimte, horeca, foyer, auditorium, congresruimten, technische ruimte, enzovoort. Die moeten allemaal goed geventileerd worden. Door nu de warmte uit de gebruikte lucht terug te winnen via warmtewisselaars en die weer aan de verse lucht toe te voegen, kan in de thans al gereed gekomen delen (stallen, auditorium, foyer) en in een aangrenzend deel van de Bush en het Bushrestaurant nu al een energiebesparing behaald worden van 1/3 van de totale gasconsumptie per jaar! In de Bush kunt u in de hoek bij de uitgang van de Ocean diverse nieuwe blazers tussen de planten vinden die de luchttemperatuur daar uitstekend constant houden.

Het is nooit goed

Zoals een goed Nederlander betaamt, hebben wij ook nogal eens te klagen over het weer. In de zomer is er warmte teveel en moeten we bijvoorbeeld de Bush proberen te koelen en ’s winters moeten we flink stoken om de temperatuur boven de 20° te houden. Op het ene moment hebben we warmte over, op het andere komen we warmte tekort. Dat vraagt om maatregelen die die verspilling tegengaan. Wij hebben een antwoord gevonden in de vorm van ‘warmteopslag’. Hierdoor kun je ’s zomers warmte opsparen en ’s winters weer gebruiken. Maar hoe houd je warmte over zo’n lange tijd goed? Men heeft uitgevonden dat dat heel goed gaat in het grondwater.

Zomersituatie:

Overtollige warmte wordt via een warmtewisselaar afgegeven aan opgepompt grondwater en daarna met datzelfde grondwater, maar 200 meter verderop, weer de bodem ingestuurd. Daar wordt het op 60 meter diepte opgeslagen totdat er weer warmte nodig is. Het opgepompte koude water is 10°C. In de warmtewisselaar wordt het dus tegelijkertijd gebruikt om het andere water (uit de warme ruimtes) te koelen. Hierdoor kunnen we goedkoop in de zomer bijvoorbeeld de Bush koelen. Tijdens de snikhete dagen van deze zomer was het in de Bush en in het Bushrestaurant inderdaad koeler en zelfs aangenamer dan buiten, maar dan moesten de verzorgers de deuren wel dicht houden!

Wintersituatie:

In de winter wordt het opgewarmde grondwater weer opgepompt dat nu zo’n 20°C is. Dit wordt nu gebruikt om koud water uit de te verwarmen ruimtes op te warmen tot maximaal 20°C. Dat is niet genoeg, maar met een kachel kan de temperatuur dan eenvoudig nog wat verhoogd worden tot 45°C en dat is voldoende voor ons laagtemperatuur verwarmingssysteem. Het betreffende warme grondwater is na de warmtewisseling dus weer koud en kan met 10°C weer de grond in op de koude plaats, dus 200 meter van de warme plaats.

Het klinkt allemaal een beetje ingewikkeld, maar het werkt en alles bij elkaar zijn we momenteel vijftig procent goedkoper uit met onze warmteproductie en zelfs negentig procent goedkoper met onze koelingen. De benodigde aanleg- en apparatuurkosten zijn in twee jaar terugverdiend! Intussen blijven we doorzoeken naar nieuwe technieken om nog zuiniger met water en energie om te gaan. U hoort er meer over.