De Noord-Amerikaanse boomstekelvarkens hebben in de Desert hun intrek genomen in het voormalige verblijf van de dikhoornschapen, dat volledig is verbouwd voor de komst van enkele nieuwe diersoorten. Dierverzorger Remco vertelt met veel toewijding en enthousiasme hoe hij met zijn collega’s een training met deze dieren is gestart, waarmee het welzijn van deze dieren verhoogd wordt. “Noord-Amerikaanse boomstekelvarkens hebben zo’n 30.000 stekels die deels zijn verborgen in de lange vacht van deze dieren. Hierdoor heeft het dier ook een minder stekelig uiterlijk dan de stekelvarkensoorten die voorkomen in Afrika en Azië. Maar door dit gegeven is het voor een dierverzorger natuurlijk erg lastig om van buitenaf te kunnen zien of het dier te mager, te dik, of juist goed op gewicht is.”
Hoe hebben Remco en zijn collega’s deze uitdaging aangepakt? “Met name in het begin toen de dieren aan hun nieuwe verblijf moesten wennen, bevonden het mannetje en het vrouwtje zich vaak op de grond. We hadden ontdekt dat de boomstekelvarkens vooral verzot waren op geweekte brokken. Dus toen hebben we eerst brokjes op een plaat gelegd, zodat de dieren op die plaat moesten stappen om het smakelijke hapje te pakken te krijgen. Stapsgewijs hebben we toen de weegschaal onder die plaat gezet en de dieren bij elke geslaagde poging beloond met ongeveer twintig brokjes in totaal. Door deze werkwijze hoeven we de dieren niet te hanteren, komen ze uit eigen beweging naar de weegschaal en kunnen we goed monitoren hoeveel de dieren wegen en of ze afvallen of juist aankomen.” Tegenwoordig zijn de dieren echter vaker in de bomen in hun verblijf te vinden en dat brengt nieuwe uitdagingen met zich mee. Het wegen met de weegschaal is hierdoor minder goed te plannen en de verzorgers moeten van de gelegenheid gebruik maken als de dieren naar beneden geklommen zijn. Dat vergt wat extra alertheid en flexibiliteit van de verzorgers, maar werkt nog altijd goed zo.
Deze training vergroot echter ook nog op een andere wijze het welzijn van de dieren: “Een bijkomend voordeel van deze werkwijze is dat we de dieren ook brokjes met een pincet kunnen aanreiken en zo van dichtbij hun gebit kunnen inspecteren. Stekelvarkens zijn knaagdieren en hun snijtanden blijven dus hun hele leven doorgroeien. We kijken daarnaast ook naar de kiezen van het dier, die met name worden gebruikt om hardere voedselresten fijn te malen.”
De boomstekelvarkens zijn afkomstig uit een Duits dierenpark en werden stapsgewijs geïntroduceerd in hun nieuwe leefomgeving en mochten rustig wennen aan hun nieuwe Arnhemse dieet. “Om de dieren zo prettig mogelijk over te laten wennen, hebben we in eerste instantie een zak van hun favoriete brokken uit Duitsland gehaald en zijn we stap voor stap, langzaam maar zeker op onze eigen brokken overgestapt. Zo is de overgang qua verschillende voedingsoorten heel geleidelijk verlopen voor de boomstekelvarkens. De uitdaging die we nu hebben, is dat we de dieren steeds meer natuurlijke voeding willen laten eten, zoals vers blad en verse takken.” Wat eten boomstekelvarkens graag? Er zijn diverse artikelen in de vakliteratuur te vinden die deze vraag proberen te beantwoorden. In de natuur eten ze hoofdzakelijk bladeren, bast, vruchten en bessen. “Wat wij als dierverzorgers echter merken, is dat bijvoorbeeld hun favoriete bladsoort verschilt per maand,” constateert Remco.
Wat maakt de boomstekelvarkens bijzonder om te verzorgen? “Boomstekelvarkens zijn eigenlijk voor niemand bang. Ze hebben wel wat vijanden in het wild, zoals rode lynxen, coyotes, poema’s en vismarters die wel eens een boomstekelvarken eten, maar bij geen van deze roofdieren lijkt het stekelige knaagdier echt favoriet te zijn. Wanneer een stekelvarken zich echt bedreigd voelt en het maken van geluiden en het verspreiden van stank niet helpt om een vijand te verjagen, dan zet het dier zijn haren en stekels uit. Als de vijand nog steeds niet afdruipt, proberen ze achteruit richting de vijand te lopen, zodat ze op die manier hun stekels naar het gevaar kunnen richten. De stekels laten vrij makkelijk los en zijn voorzien van vervelende weerhaakjes, waardoor je een stekel niet eenvoudig verwijdert. Vaak levert dat een pijnlijke eerste ervaring op, bijvoorbeeld voor jonge roofdieren en lopen ze een volgende keer liever een blokje om. Het kost het stekelvarken echter vrij veel energie om weer nieuwe stekels aan te maken. Toch vallen er ook regelmatig oudere stekels uit om weer vervangen te worden voor nieuwe, scherpere exemplaren.”
Boomstekelvarkens bakenen hun territorium met urine af. De dierverzorgers hangen de verse bladeren en takken in bomen in het verblijf, want als die op de bodem worden neergelegd, plassen de boomstekelvarkens eroverheen. Dan zien ze het niet zozeer als voedsel, maar meer als een handig object om urinemarkeringen aan te brengen. Door het voedsel in verschillende bomen op te hangen, stimuleren de dierverzorgers dat de dieren gedurende de dag regelmatig in beweging blijven om van voedselvoorraad naar voedselvoorraad te klimmen. “We recyclen de gebruikte takken heel efficiënt,” vertelt Remco. “Eerst gaan de verse takken naar de boomstekelvarkens. Daarna weten de prairiehonden wel raad met de voedselrestanten die de boomstekelvarkens aan de takken laten zitten. Tenslotte strippen de halsbandpekari’s de takken volledig van alles wat eetbaar is.”
Welke uitdagingen ziet Remco de komende jaren bij het verzorgen van deze bijzondere knaagdieren? “Zoals uitgelegd, zijn we nu druk in de weer om de dieren stap voor stap steeds meer natuurlijke voedselsoorten te leren eten. En we proberen de dieren dus extra actief te houden door dit voedsel op verschillende plekken in de bomen op te hangen. Verder hopen we in de toekomst met deze dieren te kunnen kweken en wellicht komen er ooit nog extra soortgenoten bij. Omdat boomstekelvarkens behoorlijk territoriaal tegen elkaar kunnen zijn, vergt dat wel een zorgvuldig opgebouwd introductieproces. Daarnaast zijn boomstekelvarkens gevoelig voor tocht. Gelukkig zijn ze daar in het verblijf in de Desert veilig voor.”