Er is bijna geen branche te bedenken die intensiever samenwerkt dan de internationale dierentuinwereld. Moderne dierenparken hebben wekelijks met ongeveer vijfentwintig nationale en internationale collega-dierentuinen contact. Om fokprogramma’s voor bedreigde diersoorten professioneel te kunnen managen, vinden jaarlijks tientallen diertransporten van en naar een dierenpark plaats.
Er is bijna geen branche te bedenken die intensiever samenwerkt dan de internationale dierentuinwereld. Moderne dierenparken hebben wekelijks met ongeveer vijfentwintig nationale en internationale collega-dierentuinen contact. Om fokprogramma’s voor bedreigde diersoorten professioneel te kunnen managen, vinden jaarlijks tientallen diertransporten van en naar een dierenpark plaats. Dierenparken komen voor interessante en vaak complexe uitdagingen te staan. Een bezoeker aan een dierentuin krijgt echter slechts een fractie mee van alles wat voor en achter de schermen geregeld moet worden om dieren zo goed mogelijk te kunnen houden. In een wekelijkse column neemt woordvoerder Bas Lukkenaar de lezer van binnenuit mee bij het reilen en zeilen van het Arnhemse dierenpark Koninklijke Burgers’ Zoo.
Neushoornvogels zijn behoorlijk kieskeurig wat de partnerkeuze betreft. Waar je sommige diersoorten zonder al teveel problemen bij elkaar kunt introduceren met meestal al vrij snel jongen tot gevolg, ligt dat bij deze vogelsoorten heel anders. In principe vormen neushoornvogels ook paren voor het leven. Dus is de keuze eenmaal gemaakt, dan blijven neushoornvogels hun partner meestal voor lange tijd trouw.
In een dierentuinsituatie ben je dus afhankelijk van het feit of er wel of geen klik tussen twee vogels bestaat. Is er helaas geen sprake van een klik, dan zullen beide vogels niet tot broeden overgaan en in het ergste geval elkaar zelfs het leven behoorlijk zuur gaan maken. Soms zitten meerdere dierenparken tegelijkertijd met ditzelfde probleem. Een mogelijke oplossing kan dan zijn om diverse neushoornvogels van dezelfde soort en van beide geslachten tijdelijk in één dierenpark samen te brengen. Uiteraard plaats je dan niet al deze vogels in hetzelfde verblijf, aangezien dat zeker tot gevechten zou leiden.
Een beproefd recept inmiddels in dierenparken is het opzetten van een speciaal datingcentrum. Zo’n datingcentrum voor neushoornvogels bestaat uit een speciaal gebouw met voldoende ruimte. In dit gebouw zijn verschillende vogelverblijven naast elkaar gebouwd, zodat de dieren elkaar kunnen zien en ruiken en er eventueel tussen twee aangrenzende verblijven wat fysiek contact door het gaas plaats kan vinden. De vogelverblijven zijn aan weerszijden van het gebouw geconstrueerd, zodat er in het middelste gedeelte een grote algemene ruimte ontstaat die aan elk van de afzonderlijke vogelverblijven grenst.
Burgers’ Zoo heeft op deze wijze eens een datingcentrum voor dubbele neushoornvogels opgezet, waarbij in totaal acht dieren afkomstig uit vier verschillende dierenparken in Nederland en België tijdelijk werden gehuisvest, inclusief het koppel dat in Arnhem reeds aanwezig was. Door telkens één vogel tijdelijk in de centrale ruimte te plaatsen en zijn gedrag over een langere periode te monitoren, konden de dierverzorgers zien voor welke andere vogel(s) dit dier de meeste belangstelling toonde. Op basis van de onderzoeksresultaten kunnen nieuwe koppels worden samengesteld waarbij duidelijk meer chemie tussen man en vrouw lijkt te bestaan. En soms is de conclusie dat een reeds bestaand paar toch het beste bij elkaar kan blijven, omdat de vogels meer interesse in elkaar tonen dan in andere, nieuwe soortgenoten.
Niet alleen bij dubbele neushoornvogels is zo’n datingcentrum succesvol ingezet door samenwerkende internationale dierentuinen. Ook bij renkoekoeken is het een beproefd recept, net als bij monniksgieren. Bij monniksgieren is het datingcentrum echter net iets anders van opzet. Bij deze gierensoort gaat het uitsluitend om jonge dieren die gezamenlijk in een datingvolière worden geplaatst. Vervolgens wordt gekeken of er zich koppels vormen. Daarnaast is onderzocht of op basis van DNA-materiaal een voorspelling gedaan kon worden of bepaalde vogels bij elkaar zouden passen.
Deze datingmethodes zijn uiteraard niet een honderd procent garantie voor succes, maar in ieder geval hebben de vogels veel invloed op hun partnerkeuze. Bovendien wordt vooraf nauwkeurig uitgezocht of de vogels niet genetisch aan elkaar verwant zijn, aangezien dat niet wenselijk zou zijn voor het fokprogramma.
Belangrijk bij deze vorm van samenwerken is ook dat het belang van het individuele dierenpark ondergeschikt wordt gemaakt aan het grotere belang van het Europese fokprogramma voor de diersoort in kwestie. Soms blijkt bijvoorbeeld dat in een bepaald park nog één of twee dieren zitten, die om genetische redenen niet met elkaar kunnen fokken, maar die wel heel belangrijk zijn voor het stamboek. In dat geval kan zo’n dierentuin besluiten om – al dan niet tijdelijk – te stoppen met die soort in zijn collectie en de vogels eenvoudigweg naar een collega te transporteren waar reële kansen op foksucces kunnen ontstaan. Het overkoepelende idee is dan ‘You win some, you lose some’ en bij een andere diersoort valt het kwartje misschien juist de goede kant op voor jouw eigen dierenpark.
Steeds meer internationale dierenparken beseffen dat niemand is gebaat bij kortzichtigheid door enkel en alleen naar het belang van de eigen tuin te kijken en dat het geheel meer waard is dan de som der delen. Alleen door intensief samen te werken en vooral ook kennis en kunde te delen, neemt de kennis van het houden van dieren elk jaar toe en is de toekomst van dierentuinpopulaties gewaarborgd voor de toekomst.
Vrijdagochtend 26 juli 2024 zijn twee oudere olifantenvrouwtjes vanuit Belfast Zoo (Noord-Ierland) n…
26 juli 2024
Bij het betreden van hun buitenverblijf ontdekken de tien gorilla’s een niet-alledaagse lekkernij. B…
21 november 2023
Zondag 29 oktober 2023 heeft chimpanseevrouwtje Laura een jong gekregen in Burgers’ Zoo. Laura kwam…
30 oktober 2023